10-09-2018 | Minister Carola Schouten (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) heeft 8 september haar toekomstvisie kenbaar gemaakt, waardoor boeren een stip op de horizon hebben gekregen. “Het ontbreekt nog wel aan een concrete invulling”, zo luidt de reactie van verschillende sectorpartijen.

Hans Huijbers, de voorzitter van ZLTO, kan zich vinden in de landbouwvisie, al is hij vooral benieuwd hoe de ‘doe-agenda’ er uit komt te zien. Huijbers vindt het positief dat de overheid zich hard maakt voor een beter verdienmodel, maar ziet ook nog genoeg uitdagingen. “De visie vraagt om een actieve overheid. Gezien de ambities kan de overheid niet als toeschouwer plaatsnemen.”

Bekende thema’s
Ruud Tijssens, directeur Public & Cooperative Affairs bij Agrifirm, laat weten dat de inhoud van de visie hem niet verraste. “Wij zijn al langer bezig met thema’s als kringlooplandbouw, natuurinclusief en duurzaam bodembeheer. Het is goed dat de overheid een richting heeft uitgesproken, zodat de Nederlandse landbouwsector daarnaartoe kan bewegen.”

Volgens Tijssens komt het aan op de implementatie van de visie. “De vraag is: hoe gaat een boer hierop sturen, en wie pakt de regie op?” Tijssens vindt wel dat er nog geen concrete stippen op de horizon staan. “Op de hoe-vraag is nog geen antwoord gegeven.” Tijssens noemt circulaire meststoffen als voorbeeld. “Er zal een definitie voor moeten komen. Wanneer dat vervolgens in de keten een inkoopvoorwaarde wordt, dan gaat de markt zijn werk doen.” De opkomst van groene stroom is, volgens Tijssens, een mooi voorbeeld van een vergelijkbare ontwikkeling.

Mits en maren
Daarbij moet het verdienmodel de boer in staat stellen om concrete stappen te zetten. Als de opbrengsten of het saldo in het geding komen, is dat niet altijd makkelijk. “De landbouwvisie richt zich op de productie in Nederland, maar we produceren ook voor de wereldmarkt. Het verwaarden in internationale context zal nog een uitdaging worden.” Vooral voor de sectoren die hun afzet wereldwijd hebben georganiseerd. Ook worden toeleveranciers mogelijk geraakt.

Tijssens denkt dat de veehouderij, wat betreft circulariteit, substantiële stappen kan zetten. Niet alleen in Nederland, maar ook elders in Europa. De sector verwerkt nu jaarlijks 3 miljoen ton aan voedselresten, maar dit volume kan de komende jaren volgens Tijssens verdubbeld worden. “Nederland kan hierin de voorloper zijn.”

Voedselverspilling tegengaan 
Ingrid Jansen, voorzitter van de Producentenorganisatie Varkenshouderij (POV), is van mening dat kringlooplandbouw moet worden gezien in het licht van circulaire economie. “Varkens zijn bij uitstek dieren om reststromen uit de aardappel-, graan- en levensmiddelenindustrie een nuttige bestemming te geven.”

Volgens Jansen gebeurt dat nu al en zal dat in de toekomst nog meer kunnen zijn. Tevens kan de varkenshouderij een concrete rol spelen om bijvoorbeeld voedselverspilling tegen te gaan. “Dit vergt echter nog wel een aanpassing van de wetgeving.”

Kans voor dierlijke mest 
In de visie spreekt Schouten uit toe te willen naar minder kunstmestgebruik. Jansen laat weten dat dit aanknopingspunten biedt voor lagere mestafzetkosten. “Als de rundveehouders meer ruimte krijgen om dierlijke mest op hun bedrijf te benutten, ontstaat er minder verdringing op de mestmarkt. Daar kan de varkenshouderij alleen maar blij mee zijn”, zo laat Jansen weten.

Bron: Boerenbusiness